Geschiedenis   

De International Okinawan Goju-Ryu Karate-Do Federation is in juli 1979 opgericht tijdens een vergadering, die in Poole (Engeland) plaatsvond, met Morio Higaonna sensei als voorzitter en World Chief Instructor. Een lange tijd groeit het aantal internationale leerlingen onder Higaonna Sensei snel.

Ontstaan I.O.G.K.F.

Bij de oprichtingsvergadering zijn 18 landen vertegenwoordigd. Uiterst belangrijk is dat de IOGKF gevormd is met de ondersteuning van Ken Miyagi (vierde zoon van de Chojun Miyagi – grondlegger van Goju-Ryu), An’ichi Miyagi (opvolger van Chojun Miyagi) en de oudere studenten van de wijlen Chojun Miyagi: Seiko Kina, Seijijn Nakamoto, Kiei Tomoyose, Shunshin Furugen, Jitsuei Yogi en Shuichi Aragaki.

De IOGKF is ingericht om het traditioneel Okinawaanse Goju-Ryu Karate-Do te beschermen en te behoeden als een ontastbare culturele schat in dezelfde vorm die de Goju-Ryu grondlegger Chojun Miyagi heeft overgeleverd en om dit vervolgens over de hele wereld te verspreiden. Bij de oprichtingsvergadering stelde men voor dat binnen elk land een associatie opgericht zou worden om de Federatie als geheel te versterken. Elk jaar zouden in deze landen gasshukus gehouden worden om het overdragen van correcte technieken te waarborgen, en vriendschap en uitwisseling tussen leden te bevorderen. Op deze manier zou de Federatie versterkt, de traditie behouden en Goju-Ryu karate verspreid over de wereld kunnen worden.

Sinds het begin in 1979 groeit de IOGKF snel. Er zijn tegenwoordig meer dan 35 landen wereldwijd vertegenwoordigd en elke dag komen er nieuwe leden bij. Vandaag de dag is de IOGKF nog steeds zo toegewijd aan zijn aanvankelijk doel als in 1979. De IOGKF vertegenwoordigt de filosofie van de grondlegger van Goju-Ryu “Bushi” Chojun Miyagi. Vandaar dat Higaonna sensei ons eraan herinnert dat het belangrijk is om onszelf te wijden aan de verdere verbetering en ontwikkeling van Goju-Ryu karate door ijverige training zodat wij de ware kern van onze kunst kunnen begrijpen.

Grondleggers

An’Ichi Miyagi en Morio Higaonna

Voor de Tweede Wereldoorlog was Jinan Shinzato de topleerling van Chojun Miyagi. Shinzato werkt als politie-rechercheur. Naast karate trainde hij ook judo. Shinzato was zeer getalenteerd, en het was alom bekend dat hij de opvolger van Chojun Miyagi zou worden. Hij kwam helaas om tijdens de Slag om Okinawa. Naast Shinzato verloor Chojun Miyagi tijdens de Tweede Wereldoorlog ook twee dochters en zijn derde zoon.

Voor de oorlog begon iedere les van Chojun Miyagi met hojo undo, uke harai, ude tanren, yakusoku kumite, kakie en daarna sanchin kata. Zo ging de routine voor de eerste drie t/m vijf jaren en omvatte tachtig procent van Chojun Miyagi’s les. Vervolgens, zou men een of twee kaishugata leren, de diepte en toepassingen varieerde afhankelijk van het niveau van de leerling en zijn technische bekwaamheid. Jinan Shinzato heeft sanchin, sesan en tensho geleerd; Seiko Kina sanchin en seiyunchin; Meitoku Yagi sanchin en suparinpei; Shunshin Furugen sanchin en kururunfa. De senior studenten echter van voor de oorlog, te weten Seiko Kina, Meitoku Yagi, Kiei Tomoyose, Shunshin Furugen, Eiko Miyazato en Eiichi Miyazato, konden nauwelijks trainen doordat zij in hun eigen levensonderhoud moesten voorzien in deze zware tijden. Daarom heeft Chojun Miyagi in 1948 nieuwe studenten geaccepteerd, en begon hij zijn leermethode te herzien. Hij arrangeerde de kata in een vaste volgorde, iets dat tot dan toe niet bestond.

In februari 1948 kwamen vier nieuwe studenten langs bij zijn dojo. Het waren An’ichi Miyagi, Bise Chishin, Gima Seikichi en Tokeshi Kako. Na een jaar intensieve training was An’ichi Miyagi de enige die overbleef. Tot aan 1951 was hij de enige student van Chojun Miyagi. Er groeide een nauwe relatie tussen hen. Chojun Miyagi behandelde An’ichi als zijn zoon. Gezien zijn leeftijd, besloot Chojun Miyagi de essentie (gokui) van Goju-Ryu aan An’ichi Miyagi door te geven. Dus tot aan oktober 1953 onderwees Chojun Miyagi An’ichi in alles wat hij wist om zo deze kennis in zijn geheel te bewaren voor de toekomstige generaties.

In 1951 accepteerde Miyagi nog meer studenten. De eerste was Shuichi Aragaki, en na hem volgden er geleidelijk meer. In het algemeen gaf An’ichi les aan deze leerlingen. In 1952 begon het aantal dojo-leden geleidelijk te groeien. Op 8 oktober 953 overleed Grootmeester Chojun Miyagi plotseling aan een hartaanval. Na een passende pauze voor de rouwperiode ging de training door bij de tuin-dojo van Chojun Miyagi. Meestal gaf An’ichi les. Als gevolg van zijn les bloeiden drie speciale studenten op, te weten Yasuo Iba, Anya Sauchi en Saburo Higa. Voor de eerste keer sinds de oorlog begon de tuin-dojo te gedijen met een aantal uitzonderlijke studenten.

Rond deze tijd werd Morio Higaonna ook lid van de tuin-dojo van de wijlen Chojun Miyagi. Hiervoor trainde Morio Higaonna in Shorin-Ryu bij Tsunetaka Shimabukuru, Kenji Kaneshiro en Yoshishige Omine. Door tussenkomst van Tsunetaka Shimabukuru, werd Morio Higaonna voorgesteld aan de tuin-dojo in maart 1955. Bij zijn eerste bezoek ontmoette hij Yasuo Iba, die de jonge Morio Higaonna vertelde dat hij An’ichi Miyagi zou moeten benaderen, omdat hij de meeste kennis bezat van de dojo. Na de training bezocht Morio Higaonna altijd de weduwe van Chojun Miyagi, Makato (1887-1966). Soms hadden ze het over Chojun Miyagi, soms over zijn oudere studenten en ook over karate. Zij benadrukte dat hij van An’ichi Miyagi moet leren, omdat An’ichi de dichtste bij haar man was, en Goju-Ryu tot in de details heeft geleerd.

In Augustus 1957 bouwde Ei’ichi Miyazato een grote dojo in het Asato-kwartier van Naha. Deze noemde Ei’ichi de Jundokan, naar de naam van de eerste judo-dojo van Jigoro Kano (grondlegger van judo). Miyazato, die zich na de oorlog met judo bezighield, werd judokampioen in 1950 (of 1951) en woonde zelfs in april 1953 de Kodokan Seminar in Japan bij. Miyazato werd tenslotte een begaafd judomeester en zelfs voorzitter van de Okinawaanse Judo Federation. Vanwege zijn autoriteit en zijn positie als politieagent werd Miyazato het officiële hoofd van het dojo, met Koshin Iha als zijn assistent, die ook verantwoordelijk was voor het betalen van de contributie. Zij gaven echter zelden les. Liever lieten ze de verantwoordelijkheden van het lesgeven over aan An’ichi Miyagi. Het was bijvoorbeeld An’ichi Miyagi die de suparinpei-kata aan Yasuo Iha heeft geleerd.

In 1959 verliet An’ichi Miyagi Okinawa om op een Amerikaanse olietanker te werken. Het was toen zeer moeilijk een baan te vinden in Okinawa en An’ichi was nog steeds verantwoordelijk voor het financieel steunen van zijn familie. Een jaar daarna besloot Morio Higaonna te gaan studeren aan de Takushoku Universiteit in Tokio. Terwijl hij studeerde ging hij twee keer per jaar naar Okinawa, elke winter een maand, en elke zomer ongeveer drie maanden. Tijdens deze vakanties bleef hij trainen onder An’ichi Miyagi.

De Okinawa Karate-do Renmei is in May 1956 ingericht, met Choshin Chibana, de grondlegger van Shorin-Ryu, als de eerste voorzitter. Op 30 december 1960 vond bij deze organisatie de eerste all-style dan-gradatie plaats. Shoshin Nagamine van de Matsubayashi Shorin-Ryu was toentertijd de voorzitter. De hoofd-instructors van elke stijl kregen de vijfde dan (godan); vijfentwintig karate-ka kregen de derde dan (sandan) – onder wie Morio Higaonna; drieëntwintig kregen de tweede dan (nidan); en veertig de eerste dan (shodan).

Morio Higaonna heeft twintig jaar les gegeven in een dojo in Yoyogi, een buitenwijk van Tokio. Tijdens deze periode bouwde hij een dojo op, die wereldwijde faam genoot. Met als gevolg dat veel mensen van diverse stijlen bij hem wilden trainen. In Tokio heeft Morio Higaonna zijn leraar An’ichi Miyagi voorgesteld aan zijn leerlingen. Tijdens deze periode gaf An’ichi de geheimen en het hoogste niveau van Goju-Ryu door aan zijn student Morio Higaonna. In 1979 is, met de ondersteuning van de familie van Chojun Miyagi en van Ken Miyagi, de vierde zoon van de grondlegger van Goju-Ryu en vele oudere studenten van Chojun Miyagi, de International Okinawan Goju-Ryu Karate-Do Federation (IOGKF) opgericht met als doel aan de originele technieken van Goju-Ryu vast te houden en om zowel de technische ontwikkeling als de populariteit van Goju-Ryu te bevorderen volgens de wensen van Chojun Miyagi. An’ichi Miyagi werd tot erevoorzitter benoemd; Morio Higaonna werd benoemd tot ‘world chief-instructor’.

In 1981 verhuisde Higaonna naar Okinawa en opende vervolgens een dojo in Naha (Higaonna dojo) om zijn onderzoek te bevorderen. Hier werd hij geselecteerd door documentaire-makers van de BBC – Howard Reid and Michael Croucher – om deel te nemen in de televisiedocumentaire “The Way of the Warrior”, als vertegenwoordiger van Karate-do. In 1987 verliet hij Okinawa om in de VS Goju-Ryu te promoten. Sinds 1987 heeft hij meermaals Fuzhou bezocht om zijn kennis van de Chinese wortels van Goju-Ryu uit te breiden. Daardoor is een nauwe samenwerking en nauw verband tussen de IOGKF en de China Fuzhou Wushu Association (CFWA) ontstaan.

Doelstellingen

Hoshin

De doelstellingen, de hoshin, van de IOGKF kunnen als volgt omschreven worden:

Door de beoefening van het karate-do de fysieke en spirituele elementen van het menselijk zijn te ontwikkelen, alsmede een niet te breken spirit te ontwikkelen en zo te werken aan verbetering van het eigen karakter.

Het beschermen en verspreiden van het traditionele Okinawa Goju-Ryu Karate-do als cultureel Okinawaans erfgoed en door toegewijde beoefening deze krijgskunst technisch verder te ontwikkelen.

Werken aan het opleiden van capabele instructeurs met goede morele waarden, eerlijk inzicht en goede technische kwaliteiten.

Het karate-do als vorm van krijgskunst op scholen introduceren als een middel om positieve moraal en fysieke ontwikkeling bij de jongere generatie aan te moedigen.

Het organiseren van een periodiek wereldkampioenschap karate, waarin het koesteren van vriendschappelijke banden en het aanmoedigen van technische uitwisseling centraal staan. Ook zal een wereldkampioenschap bruikbaar zijn om het karate-do verder populair te maken en helpen met de positieve ontwikkeling van de jongere generatie.